Wie laat de honden uit?

vroeger rende ze voorop, nu slentert ze achterna (let op mijn vuile broekspijpen: had net de oude retriever uit een beek moeten hijsen)

Chiang Kham, provincie Phayao, Noord Thailand 08.30 lokale tijd. Net zoals elke voorgaande ochtend bevind ik me nu flink verwijderd van het drukke centrum. Heb ze alledrie in mijn fietskar laten plaatsnemen en richting velden gefietst. Ze waren, net zoals steeds het geval is, dolenthousiast en super opgewonden. Coffee en haar maatje Late bedoel ik, niet zo het teefje Moka. Die blijft rustig. Opwinding is beneden haar waardigheid. Dat is altijd al zo geweest. Zij is een dame van stand, kijkt even op en wandelt me fier en elegant achterna. Nou ja, ooit was het elegant. Nu doet ze een poging want de ouderdom weetjewel.

Zij en Late, de golden retriever, zijn nu 11,5. Je ziet het echt aan hen. Gisteren besloot Moka zelfs gewoon te blijven liggen. Ja er zijn nu eenmaal goede en slechte dagen wanneer je ouder wordt. Haar gewrichten en oude botten zullen die dag pijnlijker aangevoeld hebben. Dan is wat langer blijven slapen op je knusse plekje te prefereren. Nu is ze wel present. Late en Coffee lopen voorop zoals steeds. Hij doet zich jonger voor dan hij is. Doch ook hij wordt strammer en een traag drafje is zowat zijn topsnelheid geworden. Het jonge ranke teefje Coffee bijhouden mag hij vergeten. Die neemt het voortouw snuift en snuffelt aan alles wat haar interessant lijkt. Daar een kluit aarde, ginds een grote hoop buffelstront, dan weer even jagen achter een nauwelijks op tijd opvliegende witte reiger, Coffee’s energie lijkt wel onuitputtelijk.

nieuwsgierig, onstuimig, enthousiast, bijzonder aanhankelijk is Coffee en heb haar moeten afleren om achter de kippen te jagen

Aan het erf van een boer stuift een wildblaffende troep honden op ons af. Ik krijg net op tijd in de gaten dat ze zich op Moka willen storten. Ze kijkt angstig en hulpeloos want wegrennen kan ze niet in haar slakkegangentempo. Met een stok dreigend in de lucht zwaaien is ook nu weer voldoende. Ach ja, ze hebben hun statement gemaakt. Wij waren op hun territorium en dat vindt geen enkele hond leuk. Hoeven ze bij ons thuis ook niet te doen. Dan worden ze een grommend en blaffend team van drie. Mensen die ze kennen zijn welkom maar de rest van de wereld zet hier geen voet of poot binnen.

Dan komen we bij onze rustplek langs het veldwegje ergens halfweg. Het is zo een open hutje met golfplaten dak. Iets verder loopt een minuscuul beekje, teminste tijdens het regenseizoen. Nu staat het droog. Moka klautert onbeholpen op de houten vloer en vlijt zich hijgend neer. Het rustmoment is welgekomen. Late wacht tot ook ik zit om dan te smeken om gestreeld en geknuffeld te worden. Ooit was hij de schrik van alle honden in de buurt. Wanneer hij zijn “kom maar op als je durft”-houding aannam namen de meesten, met de staart tussen de benen, het hazenpad. Dat is nu verleden tijd. Nu wil hij gestreeld worden. Mocht het van hem afhangen de hele dag. 

hij kon er wel nog in maar niet meer uit op zijn gevorderde leeftijd

Hoe lang kunnen we nog genieten van deze momenten, de twee oudste honden en ikzelf? Zijn ze er binnen een 7-8-tal maanden fysiek nog toe instaat? Het valt af te wachten. Mocht dit niet het geval zijn neem ik ze misschien wel mee in mijn fietskar als een soort sightseeingrit. Kunnen ze genieten van de omgeving met hun oude neuzen in de wind. Kunnen ze af en toe ergens plassen of een dropping doen om vervolgens weer in te stappen. Kunnen ze het jonge teefje Coffee zien dartelen en huppelen over de velden. Kunnen ze nostalgisch worden en denken aan de tijd van toen.

Ik gun het ze.

nostalgisch worden en denken aan de tijd van toen

drie jonge meisjes

het meisje in het midden (rode jurk) is buurvrouw Jaa en zij wordt geflankeerd door Siriwan en Kanjana

Er waren eens… vijftig jaar geleden… zo ongeveer en ze waren met drie.
Onbezorgd, speels, vol energie en vol dromen waren ze.  Buiten touwtje springen en spelletjes spelen, lonken naar de jongens en aanhoudend giechelen waren deze drie buurmeisjes uit het landelijke Noord-Thaise stadje Chiang Kham niet enkel dartel en vrolijk, maar ook en vooral onbezorgd. Niets deed vermoeden tot wat en waar hun leven zou leiden.

Wat Nong Waeng in Khon Kaen is op elke etage van de piramidevormige tempel wondermooi ingericht, je gaat er van duizelen

Vandaag zijn we vijftig jaar later en zijn ze opnieuw herenigd. Ik had het privilege om samen met hen en hun echtgenotes (zie voetnoot) te mogen reizen. Ze wilden naar Isaan. Dat is het Noord-Oostelijke deel van het land, uitgestrekt en dunbevolkt. Ze spreken er een dialect dat nauw verwant is aan het Laotiaans. Lange periodes uit de geschiedenis overheersten de Khmer in dit gebied. Er werd een minibusje met chauffeur gehuurd en de verre reis (heen en terug 2400 kilometer) werd aangevat.
Dergelijke lange reisdagen zittend in het busje gaven voldoende gelegenheid om te palaveren en dat werd dan ook uitgebreid gedaan. Gesprekken worden automatisch diepgaander wanneer je er de tijd voor neemt. Herinneringen aan hun lang vervlogen meisjesjaren borrelden naar boven. De levensloop van gemeenschappelijke vrienden en kennissen, dramatische gebeurtenissen, ziekte en overlijdens kwamen aan bod. Aids, Covid en kanker hadden er flink ingehakt. Boeken kon je er over schrijven met verhalen die niet altijd even vrolijk zijn. De drie vriendinnen zijn nu zelf in het laatste gedeelte van hun levensboek beland. Daar ga je over mijmeren wanneer je zitvlees op de proef wordt gesteld dokkerend over Isaanse wegen.

Si Thep historical park
die felgele broek van Kanjana is natuurlijk zeer fotogeniek in historische site, dus 1, 2, 3 en nog eentje

Ik begreep vanzelfsprekend weinig van hun in het Noord-Thais dialect gevoerde gesprekken maar een goed verstaander heeft maar een half woord nodig wordt beweerd. Het voorbijschuivende landschap was indrukwekkend mooi, vooral dan in de provincie Loei en Phetchabun. In Chiang Khan aan de oevers van de Mekong rivier, onze eerste plaats waar we hebben overnacht, hadden we bijzonder veel pech. Vlak voor aankomst gingen er de hemelsluizen open. Het woord “stortregen” spreekt voor zich en dat ging zonder ophouden de hele nacht door.
Op het eind van de tweede reisdag bereikten we Nakhon Phanom.

de Wat Phra That Phanom bereikten we na een eindeloze rit maar toen men bij valavond het licht ontstak werd het feeëriek en bijzonder sfeervol
We hadden een memorabele ontmoeting met de monnik Pi (ik mocht hem geen Pipi noemen)  in Khao Kho in het tempelcomplex Wat Pha Sorn Kaew maar hierover later meer.

U begrijpt dat de reisroute en het dagprogramma niet door mezelf gekozen is maar anderen zien genieten daar wordt jezelf ook gelukkig van. Mijn moment suprême, mijn topervaring kwam er in Khao Kho provincie Phetchabun. Daar in die wondermooie bergomgeving staat het Wat Pha Sorn Kaew tempelcomplex.

Siriwan, Jaa en Kanja bij Wat Pha Sorn Kaew
van poseren nooit genoeg krijgen… arme fotograaf

Nog eens, ik ben geen boeddhist, ik ben zelfs helemaal niet gelovig. Toch hebben dergelijke plekken een zekere mystieke grootsheid. Ik kan enorm betoverd worden door schoonheid en… die monnik moet mijn status van gelukzaligheid vast en zeker aangevoeld hebben. Hij vroeg welke talen ik sprak en waar ik vandaan kwam. Het was net of we beiden na enige tijd verbondenheid voelden. Hij beloofde me plekken te tonen waar geen enkele andere toerist mocht of kon komen. Hij leidde mij en Siriwan samen met een klein groepje Birmanen (die hij meditatie onderricht gaf) naar de allerheiligste plekken in het complex. Op het hoogste punt was er een kamer vol muurschilderingen van het universum. Monnik Pi (zie foto met het wijzende vingertje) bezorgde ons een unieke beleving. Daarboven heb ik zowaar vijf minuten gemediteerd iets waarvoor ik nooit echt het geduld gehad heb.

daarboven onder het spitse dakgewelf is “de kamer” met een relikwie van Boeddha omringd door muren vol schilderingen van het universum

De drie jonge meisjes zijn prachtige vrouwen geworden. Vijftig jaar levenservaring verandert een mens. Kanjana en Siriwan wonen op een te verwaarlozen afstand van mekaar in Belgisch Limburg. Jaa bleef in Thailand maar er is internet en de gesprekken verstommen voorlopig niet, voorlopig. Het leven is eindig, echte vriendschap niet.

* voetnoot: toch diegenen die zich tijdens deze periode in Thailand bevonden

Thailands mooiste

… provincie is zonder twijfel Nan. Hebben wij bijgevolg geluk dat het op een doenbare afstand ligt van ons plekje. Neem daarbij als surplus dat het hier in oktober aangenaam is om te reizen. Mijn echtgenote had de vraag gekregen om zich, samen met mij, aan te sluiten bij het vaste groepje reisgenoten tevens ex-collega\leeraars van haar. Graag hoor want ikzelf wordt al wekenlang aanhoudend geplaagd door jeukende reiskriebels. Kriebels waartegen de inname van anti hystaminica trouwens geen soelaas bieden.  Zodoende werd het let’s go, on y vas, Lass uns gehen… en weg waren wij.

Zie me daar zitten…

Omdat de meeste reisverhalen vaak gaan lijken op teksten uit reisfolders ga ik mezelf nu verplichten sober te blijven. Geen jubelende, verheerlijkende en verlokkend overdreven commerciële reisbureau prietpraatjes. Ik ga u een reeks foto’s presenteren in een bedje van frisgroene Thaise flora met een snuifje blauwe lucht en met als toetje “bizar Aziatisch reisgedrag”. Dus doe u slabbertje, ook weleens zeverlap of bavette genoemd om u hals en aan tafel…!

Het reisgezelschap zoals altijd (er zouden er nog honderden volgen) verzot op groepsfoto’s (de enige mogelijkheid om er niet op te staan is dat je zelf de foto neemt).
Is er een viewpoint met prachtige panorama’s dan vind je er meestal een koffiebar bij. Zo ook hier bij Magic Mountain aan de voet van Doi Phu Langka in de provincie Nan

Er is in de loop der voorbije jaren een kentering ontstaan in Thaise geplogenheden. Vroeger ging elke weekenduitstap of reisje gepaard met tempelbezoeken. Dit is nu sterk verminderd. Koffiebars zijn de nieuwe trekpleisters. Daar ben ik niet rouwig om… If you know what I mean. Apropos Aziaten zijn ook niet erg gek van onze Europese kerken en kathedralen.

De natuur, ik raak er niet op uitgekeken.

Leuke foto’s nemen van je echtgenote dat is en blijft jouw Heilige plicht als echtgenoot. Wee hem die aan deze taak verzaakt.

En dat doe je dan ook van ganser harte.

Onderweg van het stadje Pua naar Bo Kluea werd ik getrakteerd op een vreemd, zeg maar bizar, schouwspel. In de auto steeg de opwinding naarmate we het doel naderden. We hadden een behoorlijk bochtrijk traject afgelegd maar DE bocht moest dan nog komen. Het werd aanschuiven want inzittenden van tientallen andere auto’s en minibusjes hadden dezelfde intenties. Vlak voor de plek die het meest geschikt was om er een foto van te maken was een parkeerterrein (dat voortdurend volzet was) aangelegd. En dan zag je het fenomeen! Ik hoop dat u het mij vergeeft dat ik toen in een lachen uitbarstte. Ik heb terstond een schaduwrijk plekje opgezocht waarna twee vlinders voor me gingen poseren en heb de gekte aan me voorbij laten gaan.

DE attractie en voor de massa terplaatse het doel van hun tocht: een bocht die een perfekt cijfer 3 vormt, kan u zich iets soortgelijks voorstellen in Europa? Wat zijn Europeanen toch vreemde mensen zullen zij wellicht denken… denk ik,

Het zijn stuk voor stuk leuke mensen in ons reisgroepje. Ze hebben mekaar veel te vertellen. Op of over de pensionering drempel zagen ze het Thaise onderwijs in de loop der jaren drastisch veranderen . Niet altijd in de positieve zin. De reisweg wordt geregeld onderbroken omdat lekker eten en drinken belangrijk is. Het mag allemaal iets langzamer en uitgebreider. wanneer je ouder wordt begrijp je dat wel.

Zolang we gezond blijven doorkruisen we samen Thailand. Er wordt nu al nagedacht over de volgende bestemming.

Hier kijkt Boeddha over het stadje Pua in de provincie Nan. Over een viewpoint gesproken!…

Eén kopje koffie

Thailand associëren met lekkere koffie. Wel, in dit stadium bevind ik me nu. Sinds ik 37 jaar geleden tabak afzwoer en 3 jaar geleden alcohol, is een lekkere mok mijn allerhoogste genot. Daarstraks nog in de Homjumpa Slow bar coffee (Chiangkham) in het gezelschap van mijn eega en een vriendin.
Voorwaar ik zeg u, ze steken de Italianen als allerbeste koffiezetters ter wereld naar de kroon. Elk slokje een extatische sensatie voor deze cafeïnejunkie.

ze steken de Italianen naar de kroon

De benaming van hun koffiebar “Slow bar coffee” verwoordt perfekt hoe dat ze hun etablissement willen presenteren. Welkom klant en neem de tijd om jezelf te verwennen. Binnen in de koelte van de airco of buiten op een knusse stoel in de tuin. Intussen nemen wij ruim de tijd voor het productieproces. Hier geen nervositeit, geen gejaagdheid, niemand die een trein moet halen, geen opdringerigheid, geen onbeschoft gedrag zoals – de tafel willen afruimen terwijl je nog een laatste slok wil nemen… want je zit hier te lang zonder voldoende te consumeren – u heeft dit in België of Nederland beslist al meegemaakt.

Gemoedelijkheid troef in de Homjumpa Slow Coffee Bar. De vermoeienissen en de stress van de lange vliegreis vloeien weg. Het langzamere levensritme, het ontbreken van verkramptheid brengen rust in mijn hoofd. We komen hier overwinteren. We zijn op de vlucht voor nakende donkerte en koude en prijzen ons gelukkig dat we dit kunnen.

Hou vol daarginds. We duimen voor jullie. Straks, binnen een zestal maanden gaan bomen en struiken weer botten. Straks verlang ik opnieuw naar uitgebreid keuvelen in mijn eigen taal, het overvloedige aanbod in beleg en lekker brood, maar intussen… is er dit hier… het relaxe der tropen, de overvloed aan natuurpracht.

mijn buurvrouw tevens schoonzus heeft een mooie struik met passievruchten in haar tuin, dit is de bloem
de Cananga odorata of Ylang-ylang wordt gebruikt in de parfum industrie en staat lekker te ruiken in onze tuin
deze witte molentjes zijn de bloemen van Cerbera Odollam
deze machtige limoenstruik ooit zelf geplant, dagelijks verzorgd en bevreesd afgewacht of hij het droge seizoen zou kunnen overleven
de tuin van Eden heeft zoveel te bieden

Siriwan en ik zijn intussen een weekje hier. Gek hoe alles snel went. Morgen of overmorgen, wie zal het zeggen naar de Homjumpa voor…

zonder suiker, zonder melk, een kopje puur!

https://youtu.be/IljhjzocWkI?si=NYqTFc2GnoUhwDqF

in survival modus

een eigen rijstveldje, wat bananenbomen… eten op tafel

Ik mag me sinds vorige week tot het 1/8 000 000 000 deel van de mensheid rekenen… en omdat tellen en rekenen onderdeel zijn van een kunde (wis en zeker) waar ik nooit erg in uitblonk ga ik in de rest van deze tekst cijfertjes achterwege laten. Toevallig huwde ik iemand die van mathematiek en algebra uiterst opgewonden raakt. Vandaar dat ik haar, of was zij het die zichzelf tot deze positie manoeuvreerde?, tot directeur bankzaken promoveerde. De bedragen die zij hierdoor ging beheren waren en bleven eerder van bescheiden omvang. Tenminste te weinig om over op te scheppen tegen menig lezer van deze tekst. Trouwens let maar op want er dwaalt een gruwelijk monster rond in bankfilialen. Het inflatiebeest!
Spaarrekeningen worden zonder mededogen en tot bloedens aangevreten en de restwaarde komt in het vizier van overijverige belastingambtenaren. Het wordt een spreekwoordelijk appeltje voor de dorst waar nu elke druppel sap aan ontbreekt.

Energiefacturen, onvrede en onrust is het enige wat stijgt in onze samenleving,… en ja natuurlijk de wereldbevolking. U en ik willen niets meer horen over Poetin, over Covid 19 en klimaatverandering. Het komt onze strot uit. Zum kotsen Herr Majoor! Van onheil hebben we snel genoeg. Een mens is niet bestand tegen aanhoudende negativiteit. Op het einde van de tunnel moet er licht zijn. Zonder enig gunstig perspectief worden we collectief depressief. Ik denk zelfs dat dit nu aan het gebeuren is.

Hier in Thailand merk je van die zo typisch Westerse doemdenkerij niets. Zou het kunnen dat…
Zou het kunnen dat dit alles te maken heeft met het veel hardere leven dat ze gewend zijn. Men gaat, bij wijze van spreken, veel gemakkelijker over in survival modus. Werk verloren in de grote stad, het bedrijf of de horecazaak ging failliet, meisjes van vertier en plezier waarvan de klanten wegblijven door de pandemie. Geen man overboord want de dorpjes waarvan ze oorspronkelijk waren vangen de terugkeerders op. Familie blijf je ook in donkere tijden. Overvloed is er echter niet, geenszins, armoede wel. Maar het zijn kunstenaars, overlevingskunstenaars. Dat rijstveldje, dat lapje grond met mango-, tamarinde-, jackfruitbomen en kokospalmen, die kippen en dat varken, die beek aan de wegkant vol vissen… wat heb je meer nodig? Straks wordt het wel beter, straks komen andere tijden, ja toch?!

Een groot percentage van de Thaise bevolking heeft geen pensioen en een minimaal sociale zekerheidstelsel. Wij, de Westerlingen noemen het de grootste verwezelijking van de voorbije decennia. Maar maakte het ons niet bijzonder zwak en kwetsbaar en minder bestand tegen tegenslagen? Misschien een open vraag zonder antwoord?
En nog een paar vragen…. kan u nog groenten telen voor eigen gebruik, een konijn strikken, vissen en ze daarna schoonmaken? Hebt u nog de skills om te overleven wanneer alle supermarkten gesloten zijn en er geen energievoorziening meer voorhanden is zoals nu in Oekraïne?


Ik dus niet maar de bevolking hier vast en zeker.
Opnieuw zelf worteltjes, spinazie en kool uit de eigen tuin. Ik vermoed dat het snel weer een feit zal zijn.

een luie zondagnamiddag

Geïnspireerd door de song “Lazy Sunday Afternoon” van the Small Faces, weet u nog?… snorde ik op mijn Yamaha scooter de wijde wereld in. Zo een luie zondagnamiddag was het.  En de wijde wereld was amper acht kilometer verder. Ginds in het dorpje Baan Chokoo, ik verzin het niet (behorend tot de gemeente Chiang Kham, provincie Phayao, Thailand) lijken de vergezichten wijdser dan elders.

ginds, daar op die heuvel ligt een tempel (zie laatste foto)
de rijsthalmen worden al mooi geel, teken dat de oogst niet ver meer af is

Het was een uur of drie ’s namiddags dus nog meer dan een uur te vroeg voor het “gouden licht” dat de wereld en zijn panorama’s extra mooi maakt. Toch werd ik van mijn sokken geblazen. Soms raak ik tot tranen toe ontroerd. Schoonheid doet wat met je.

de bergen op de achtergrond vormen de grens met Laos
onderweg een tempel met een stupa in hindoeistische stijl

De Thaise boeren die maanden hebben moeten zwoegen om hun rijstvelden (bijna) oogstklaar te maken zien dit wellicht niet meer. Zij piekeren nu over de prijs die ze dit jaar zullen krijgen. Zal het voldoende zijn om hun gezin te voeden, hun schulden te betalen?

we duimen voor een eerlijke prijs

Laten we duimen voor hen, de wereld mag een beetje eerlijker worden.

er hangt muziek in de lucht

De “Blacksmith” is mijn favoriete koffiebar. Je hebt er een aantal in Chiang Kham maar hier is het echt gezellig toeven. Wat het dan zo gezellig maakt? Ach,  even nadenken…
Misschien de ligging? Het is er rustig, ver van druk verkeer. De vintage inrichting draagt er ook toe bij. Een schijnbaar chaotisch allegaartje van gedateerd meubilair. Zelf ook overjaars gedateerd en de vervaldatum voorbij zijnde voelde ik me er onmiddelijk een beetje thuis. Toch frequenteren jongeren, de jeugd zeg maar, het ook dus moet de zo specifieke charme vrij algemeen geapprecieerd worden. En, ook belangrijk, de koffie is er zeer goed. Sterke geurige zwarte koffie puur, zonder suiker wil ik en mag een tikkeltje bitter smaken. Geen kartonnen of plastic bekertje maar in een porseleinen kop, tas of mok. Dat zijn mijn wensen en die worden hier steeds vervuld. Het jonge koppel dat de zaak runt is vriendelijk en een tikkeltje verlegen.

Een ander pluspunt, en eentje om met stip te vermelden, is de muziek. Zij, de uitbaters, zijn namelijk verzot op jazz. Geweldig toch! Zit je daar in die knusse fauteuil, kleine teugjes te nippen al mee neuriënd met hemelse saxofoonklanken, smooth and easy.  Muziek is sfeerbepalend, stemmingbepalend en destresserend. Dit genre werkt alleszins voor mij. Niet voor iedereen dat weet ik wel. Persoonlijke voorkeuren zijn eenieder gegund. Zaken als deze bereiken hun doelpubliek door keuzes te maken. Diegenen die het interieur samen met de sfeer aantrekkelijk vinden worden potentiële vaste klanten.

Slechte muziek is wat onze kinderen graag horen. Goede muziek is wat wij als kinderen graag hoorden.: een citaat van Quincy Jones.

We zijn allen gekneed en gevormd door de periode waarin we opgroeiden en het genre dat in die tijd “in” was. Die smooth jazz leerde ik pas later kennen na een periode – klassieke muziek – country en nu vooral filmmuziek. Ik heb uit vele klankborden gelepeld en geproeft. Waarschijnlijk ben ik op dat vlak niet doorsnee.

Sfeer, muziek, koffie, kleine banale dingen die ik vroeger nauwelijks opmerkte. Dingen waarvan ik nu intens heb leren genieten.  Daarstraks deed mijn naderende aanwezigheid een twintigtal reigers opschrikken. Ze fourageerden in de rijstvelden. Krabbetjes, kikkers, kleine visjes, ze zitten vol leven nu het water via irrigatiekanalen uit beken en rivieren wordt afgeleid. Onderweg met de drie honden werden we door de groep vogels als een bedreiging beschouwd. Inderdaad, het jonge zwarte teefje jaagt ze gegarandeerd op als ze de kans krijgt. De twee andere zijn te oud voor dit soort spelletjes en ikzelf ben enkel uiterlijk geschikt voor de rol van vogelverschrikker.

Het beeld van de vluchtende reigers deed me denken aan een muziekpartituur. Dikke stippen op verschillende hoogte in de lucht als dansende muzieknoten. Spijtig dat ik het nooit heb leren lezen. Er hangt muziek in de lucht werd even heel mooi uitgebeeld.

Een vreemde vogel

mijn schaduw en de honden achterna tussen de Thaise velden

Ik noem mezelf geen ornitholoog of vogelkenner, verre van. Mijn kennis van het gevleugelde dierenrijk is vrij beperkt. Ja het verschil tussen een zwaan en een eend of een kraai en een mus ken ik. Mij hoor je ook niet pinguïn tegen een struisvogel zeggen. Voor hen maakt dat niet zoveel uit maar tijdens een sollicitatiegesprek voor een baantje bij de dierentuin daarentegen… Vogels vertonen de neiging om weg te vliegen wanneer je ze de dicht benadert. Zo maak je nooit kans om ze wat nauwkeuriger te bestuderen natuurlijk. Je zou de hele tijd kunnen rondzeulen met een verrekijker om je hals. Of dit zo gezond is voor je nekwervels vraag ik me dan weer af? Trouwens, ik denk, maar dat is dan heel persoonlijk, dat mocht er in de verte of wat dichterbij een kortgerokte jonge dame op een fiets zou passeren mijn focus er sterk zou onder lijden. Mijn verrekijker zou onhoudbaar zwenken en me tot gluurder transformeren. Er schuilt bijgevolg geen vogelaar in mij, of toch wel?


Dit om u te vertellen dat er deze morgen, terwijl we hier aan het ontbijten waren (hier = Chiang Kham, provincie Phayao N. Thailand) een vreemde vogel ten tonele verscheen.  Hij of zij floot een vrij eentonig ultrakort deuntje van twee klanken. Een lage gevolgd door een hoge, nauwelijks een deuntje dus. Net als bij ons mensen heb je bij hen veel- en weinigpraters. Deze maakte van een lang verhaal een kort, een stenografische boodschap bij wijze van fluiten. Ik had deze soort al dikwijls gehoord. Als vroege vogel bij het eerste daglicht, onderweg tijdens mijn dagelijkse wandeling tussen velden en akkers. Ik kan hen ook perfect imiteren. Niet zo moeilijk gezien hun beperkte repertoire en wanneer je, zoals ik, fluitend door het leven gaat. Dan lijkt het of ze een indringer op hun territorium vermoeden en, eenmaal ze mij gespot hebben, de vogelvlucht nemen. Je zou voor minder!
Het spreekt vanzelf dat ik absoluut wilde weten welk beestje het was. Mijn echtgenote had een vermoeden maar was niet honderd procent zeker. Zij dacht dat het een นกกาเหว่า was. Let op, veel Thaise namen van dieren zijn klanknabootsingen. Dit deed inderdaad een beetje denken aan hun luide een(twee)tonige deuntje.

links het vrouwtje en rechts de partner in crime het mannetje

Dan maar even te rade gegaan bij professor Google. In zijn alwetendheid verklaarde de genoemde dat het de EUDYNAMYS SCOLOPACEA gold, the Common Koel. In het Nederlands heet deze flierefluiter “Indische koël”. Wetende dat hij/zij tot de familie der Cuculidae behoort, de koekoeksclan dus, kennen we nu ook de wijze waarop zij de ouderzorg uitbesteden aan onderaannemers.

Is de koekoek lui of sluw of beide? Vinden wij zijn gedrag verwerpelijk? Wel de lol van het voorspel en de paring maar het broedsel op een slinkse wijze deponeren bij onwetende sukkels van een ander soort. Vervolgens het stressloze leventje leiden zonder zorgen over kuikens die het eten uit je bek pikken en het nest volschijten.  Foei!?

Het doet me een beetje denken aan die klasse van mensen die het woord “werken” uit hun leven banden en naar de beurs trokken. Zij (be)leggen hun geld in bedrijven waarvan ze verwachten dat ze grote winsten zullen maken. Het opstrijken van dividenden is het doel, zoveel mogelijk en meer is altijd beter dan minder. Dat diezelfde bedrijven hun personeel steeds tot hogere productiviteit moeten aansporen en loonmatiging opleggen zal de menselijke koekoeken een zorg wezen… of gaat deze vergelijking te ver?

Koekoek!!!

het racende rund

Routine is leuk. Dagelijkse gewoonten en de volgorde ervan geven je houvast. Je weet wat de dag zal brengen. Er zijn geen verassingen geen vervelende wendingen. Dus vertrok ik zoals elke voorgaande dag na het ontbijt met mijn fietskar gevuld met hond naar mijn vertrouwde wandelgebied. Onderweg met de drie honden de gebruikelijke taferelen. Van een langsrijdende auto ging een portierraam naar beneden. Een breed lachende dame nam een foto. Iets verderop stond een jonge knul langs de wegkant mij te filmen. Mensen worden doorgaans vrolijk wanneer ze ons in de gaten krijgen. Er wordt gewezen, gegrinnikt, je wordt begroet. Het fenomeen van die farang (Westerling) die drie honden vervoert met zijn cargobike wekt nog steeds aandacht. Ik vind het prima. Ik koester in stilte de hoop dat mijn voorbeeld ooit navolging krijgt, dat ook hun kwispelende metgezellen een beetje meer aandacht en liefde krijgen.
De golden retriever Lateh stond de hele rit rechtop. Met zijn kop buitenboord keek hij gefascineerd naar het onder de fietskar verdwijnende wegdek. Bijna niets kon hem hiervan afleiden of er moest een agressieve zwerfhond komen aanstormen. Dan hoor je hem diep grommen. Een robbertje vechten daar heeft hij altijd wel zin in. Bovendien wil hij de twee medepassagiers (teefjes) beschermen of, is een stoere indruk maken de echte motivering?  In het midden zat het jonge zwarte teefje Coffee. Ze was zoals steeds hyperenthousiast, nerveus, nieuwsgierig en keek regelmatig achterom naar mijn op-en-neergaande knieën. Ze likte aan mijn handen en apprecieerde het geruststellend aaien over haar hoofd. Haar duidelijk maken dat het stilhouden van mijn knieën consequenties had voor de vooruitgang lijkt me onmogelijk. Het oudere Bangkaew teefje Mokka zat stoïcijns en onbeweeglijk voor zich uit te staren. Niets kon haar uit het lood slaan. Natuurlijk was ze dolblij met het uitstapje maar als dame van leeftijd toon je dat niet, toch?

Eenmaal het wandelgebied bereikt schonk ik hen de vrijheid. Wat is er leuker dan rondrennen, overal tegen aanplassen en je gevoelige hondenneus in stelling brengen? Ik fiets dan rustig achter hen aan en laat hen het tempo bepalen. Elke morgen opnieuw word ik begeleidt door zalige landelijke stilte, deugddoend en helend. Wie heeft die luxe nog denk ik dan, bofkont die je bent? Watervogels alom. Onlangs vloog er een witte reiger op, op… nauwelijks drie meter afstand denk ik.

De honden werkten intussen hun eigen programma af. Een dropping hoort daar bijvoorbeeld ook bij. Coffee schuurt dan nog even met haar achtersteven door de berm. Zo krijg je propere hondenbilletjes. In het veld links van de weg stond een rund, interessant! Dat beest even de schrik op het lijf jagen, leuk. Ik zag haar dat al vaak doen. Geen gedrag dat ik wens aan te moedigen maar ach dan maken die bende vegetariërs ook eens wat mee. Dit exemplaar bleef echter onbeweeglijk staan. Coffee hield halt op een voor haar veilige, vluchtbare afstand en wachtte af. Dit was duidelijk een nieuwe situatie voor haar. En ja de koe (of was het een stier) wilde ook wel iets beleven en schoot als een speer uit de startblokken. Ik heb een rund nog nooit zo hard zien rennen. Met haar lange poten maakte ze een enorme vaart. Coffee, nochtans ontzettend snel, rende voor haar leven.

de hoofdpersonages met links het racende rund en rechts Lateh, Mokka en Coffee met de goed geacteerde onschuldige blik

Het beest sprong op het veldpad en keek ons doordringend aan, tenminste zo interpreteerde ik het. Even had ik een déjà vu. (Bijna drie jaar geleden ontmoette ik een pratende vogelverschrikker niet zover hier vandaan zie link beneden). Tropenzon dat is geweten, kan vreemde en ondefinieerbare dingen doen met het menselijk brein. Ik heb trouwens van horen zeggen dat het niet zo best afgelopen is met die vogelverschrikker alias Hoenlaika de veldwachter van Baan Pu. Zijn onderstel zou (zo beweert men) volledig vermolmd door termieten in mekaar gestuikt zijn zodat ie pardoes omviel. Daar eindigde zijn carrière dus. Verwacht hier in deze contreien vooral geen respect voor iemand met een dergelijke staat van dienst… maar dit dus even terzijde.

Schofthoogte 1,70 m. minstens en daarboven die indrukwekkende gehoornde runderkop staat je daar aan te kijken en je vraagt je af, wat wil dat beest nu? Ik durfde mijn ogen niet laten zakken naar het gebied waar vastgesteld kon worden of het een het, een zij of een hij was. Het beest zou het als een belediging kunnen opvatten wanneer er naar zijn/haar genitaliën gestaard werd. Hier eeuwig blijven staan leek me geen optie, we moesten verder. Daarom reed ik resoluut en onvervaard met mijn bakfiets recht richting de hoorndrager, maar met elke meter dichterbij werd het beest nog groter. Een gigantische berg “entrecôte, ossenhaas, cote a l’ost en T-bone steaks op 4 poten maar niet van plan om te wijken. Tot ik genaderd was tot op minder dan een meter en het/zij/hij wellicht mijn adem had geroken (vergeten mijn tanden te poetsen!) en schichtig opzij sprong. Oef, gevaar geweken! Nee, toch niet want daar sprong het dier opnieuw vanuit het lager gelegen veld op het pad en kwam in een drafje achter ons aan. Ik besloot te versnellen en de honden renden langs mijn bakfiets zo hard ze konden. Achterom kijkend bij de volgende bocht zag ik dat we terrein gewonnen hadden.

In de tegenrichting kwam een man op een motorfiets. Bij het kruisen hoorde ik hem “woeah” mompelen. Woeah is koe (” krating” = stier) in het Thais. Dus ik begreep dat het de koewachter van dienst moest zijn. Een slordige koewachter bovendien want normaal laat men hen grazen aan een lang vastgeklonken touw. Dat touw was er wel degelijk maar was losgeslagen.

En de held der Lage Landen, ik dus, had zich door een koe de stuipen op het lijf laten jagen. Bijgevolg geen geschikt scenario voor een actiefilm uit Hollywood. Goed, dan zal ik het hier maar publiceren.

de veldwachter van Baan Pu